Van een dessert word je dik en andere misverstanden over voeding

Het dessert zit in onze cultuur vastgeankerd. Het vindt zijn oorsprong in het landbouwtijdperk en is gewoonlijk samengesteld uit graan, melk en suiker. We nuttigen die zoete bom traditioneel aan het einde van een uitgebreide maaltijd en verlichten zo het vaak loodzware gevoel van een te goedgevulde maag.

 


 

De suikers in het dessert zetten de maaguitgang open en laten de inhoud snel naar de darm doorschuiven. De zo belangrijke maagvertering wordt dan kortgesloten. En je belast de darm met een onverteerbare lading die in de bacteriële dikke darm terechtkomt.
Dat een dessert een verlicht maaggevoel geeft, wordt nergens beter geïllustreerd dan in de naam van het traditionele Italiaanse dessert tiramisu. ‘Tira mi su’ betekent letterlijk ‘Trek me erdoorheen’.

De voedingsleer zit vol hardnekkige mythes die onze lichamelijke wellness meer kwaad dan goed doen. Neem bijvoorbeeld het ‘gezonde’ ontbijt dat we ons sinds het begin van de landbouw eigen hebben gemaakt. De vezels die je de vorige dag geconsumeerd hebt, zitten pas tegen de ochtend in de dikke darm, waar bacteriën ze nog volop aan het verteren zijn. Dat is een constante bron van energie. Vandaar dat de meeste mensen ’s morgens geen honger hebben.

Het ‘gezonde’ ontbijt is er gekomen om praktische doeleinden. De mensen moesten keihard werken en ze gingen ook nog vroeg naar bed, bij zonsondergang, met de kippen op stok. En ook weer op bij het kraaien van de haan. Als ze ’s morgens om acht uur ontbeten, hadden ze de koeien al gemolken en de varkens gevoerd. Natuurlijk moet je dan iets eten, voor je dan weer op het veld moet gaan werken.

Een werkman vandaag kan ook altijd iets meenemen voor als hij honger heeft, een kippenbil, een paar eieren. Als zijn maag begint te grommen, is zijn lichaam er klaar voor. Iemand die gezond eet, eet enkel als hij trek heeft. We bewegen al zo weinig, en we hoeven ook niet bang te zijn dat er morgen niets meer is.

Het beste moment voor de hoofdmaaltijd is het middagmaal, en zware maaltijden ’s avonds kunnen eigenlijk niet. Drie maaltijden per dag? Ook niet nodig. Onze voorouders vonden iets en aten dat op. Tegenwoordig noemen ze dat grazing, de manier waarop we de hele dag lopen te snacken, en dat zou (alweer) een ongezonde gewoonte zijn. Ik durf dat te betwijfelen. Het gaat er maar om wàt je eet. Een fruitdag kan best gezond zijn maar dan kun je beter minstens zes keer per dag eten. Met andere gezonde ingrediënten kun je beter drie keer eten, of misschien heb je wel genoeg aan één maaltijd. Ook een vastendag is soms een goed idee.

Misschien kunnen we beter gewoon terugkeren naar onze

biogrammatisch
bepaalde eetgewoonten. Zolang je de rotzooi maar laat waar hij thuishoort: in de vuilnisbak. Of in de varkenstrog. Die beesten moet in zes maanden vet gefokt worden, dus die hebben geen tijd om ziek te worden. (Jeff Hoeyberghs)

    









© Vivat.be 2020