Vaginisme... wanneer penetratie onmogelijk is.
De term vaginisme is de meest courante, maar men spreekt soms ook van vaginodynie ("vagino-" voor vagina en "dynie" voor pijn). Het gaat om een ernstig probleem, waar moeilijk mee te leven valt. In de eerste plaats worstelt de vrouw zelf er natuurlijk mee, maar als ze een relatie heeft met een man krijgt ook die relatie ermee af te rekenen.
Vaginisme is een complex psychofysiologisch proces waardoor vaginale penetratie verhinderd wordt. Men spreekt van vaginisme indien de spieren rondom de vagina samentrekken zonder dat de vrouw dit eigenlijk wil wanneer een penetratie imminent is. Deze samentrekkende reflex van de bekkenbodemspieren doet zich voor bij elke poging om in de vagina een tampon, speculum (door een arts voor een onderzoek) of de penis van de partner in te brengen. De seksuele daad wordt hierdoor onmogelijk.
De samentrekking van de spieren veroorzaakt een soort pijn, die kan gaan van een licht ongemak tot een brandend gevoel of zelfs doordringende pijn. Het gaat hierbij niet om een fysieke afwijking : de genitaliën zijn volkomen normaal.
Deze onvrijwillige spiersamentrekking maakt het gynaecologisch onderzoek vaak moeilijk en soms zelfs onmogelijk. De patiënt drukt in dit geval zijn weigering tot penetratie uit door een terugwijkende beweging, het sluiten van de dijen en het onvrijwillig samentrekken van de bekkenbodemspieren rond de vagina.
Het probleem heeft vaak weg van een fobie voor coïtus. De penetratie wordt als een gevaar ervaren. Nochtans is vaginisme niet altijd onverenigbaar met een gelukkig leven als koppel : sommige paren ontwikkelen andere vormen van seksueel plezier zonder penetratie en kunnen zo jaren gelukkig samenleven. Vaak betekent een kinderwens de aanzet om naar een arts of gespecialiseerde therapeut te stappen om dit intieme probleem, waar mensen vaak moeilijk over kunnen praten, te verhelpen.
Verschillende vormen van vaginisme
Men spreekt van "primair" vaginisme als het opduiken ervan samenvalt met het ontluiken van het seksuele leven van de vrouw. Men spreekt van "secundair" vaginisme indien het probleem pas opduikt nadat de vrouw al een tijd zonder problemen een seksleven met penetratie heeft gehad.Daarnaast bestaat er ook nog zoiets als een "globaal" vaginisme, waarbij het probleem zich voordoet in alle situaties en met alle mogelijke voorwerpen en partners. Het omgekeerde noemt men "situationeel" vaginisme, waarbij het probleem zich enkel voordoet in bepaalde situaties, met bepaalde voorwerpen of met bepaalde partners.
Primair vaginisme
Eén van de oorzaken van primair vaginisme kan het feit zijn dat de vrouw haar vagina niet kan plaatsen in het geheel van haar lichaam : ze kent haar lichaam slecht, stelt zich haar vagina voor als iets klein en nauw of denkt zelfs over een dik en stevig vlies te beschikken dat de opening van de vagina volledig blokkeert. Verder heeft ze nooit met behulp van een spiegel haar vulva bekeken noch een vinger in haar vagina gebracht en vaak gebruikt ze ook geen tampons.Aan de basis van primair vaginisme kunnen ook "culturele" oorzaken liggen. Door een te strenge opvoeding waarbij seks als iets verwerpelijks wordt voorgesteld of waar naaktheid, strelingen en masturbatie streng verboden zijn en tegen gereageerd wordt, gaat de vrouw het beeld van haar geslachtsorgaan vereenzelvigen met gevoelens van schaamte, afkeer en schuld.
De oorzaak kan ook van traumatische aard zijn, zoals een pijnlijk en slecht beleefd eerste seksueel contact, seksueel misbruik (slachtoffer van incest of pedofilie), verkrachting of aanranding.
Het probleem kan ook te maken hebben met conflicten in het onderbewustzijn of een tweeslachtige houding tegenover het vooruitzicht een kind te krijgen. In dit geval kan enkel een analytische psychotherapie of psychoanalyse uitweg bieden.
Een oppervlakkige oorzaak kan ook : seksuele informatie of een sekstherapie door een seksuoloog kunnen dan het probleem in enkele maanden oplossen.
Secundair vaginisme
Secundair vaginisme duikt dus op na een periode van seksuele activiteit met penetratie zonder problemen. Het opduiken kan het gevolg zijn van seksueel misbruik (verkrachting), een emotionele schok, het gedrag van de partner bij seksueel contact (onhandigheid, overhaasting), een seksueel overdraagbare aandoening (SOA).Daarnaast kan secundair vaginisme opduiken na een periode waarin telkens pijn optrad bij seksueel contact (dyspareunie). Dan is het vaginisme een defensieve reflex tegenover de pijn. Een koppel kan in dit geval best samen een sekstherapie volgen om de spanning te normaliseren en het vertrouwen te herstellen zodat de defensieve reflex zal verdwijnen.
Nog wat belangrijke raadgevingen
In geval van mogelijk vaginisme moet je stoppen met proberen van volledige seksuele betrekkingen te hebben (met penetratie).In het algemeen is het sterk aangeraden om een arts te raadplegen die de vrouw of het koppel daarna eventueel naar een geschikte specialist kan oriënteren. Deze gespecialiseerde therapeut zal vervolgens moeten :
- nagaan of de vrouw over voldoende anatomische kennis beschikt en eventueel de nodige informatie verstrekken.
- de vrees of schroom tegenover seksualiteit evalueren
- de aandacht moeten vestigen op de rol van de partner
- de vrouw de raad geven haar eigen lichaam en vooral haar geslachtsorgaan te exploreren (meerbepaald om de vaginale aanraking alledaags te maken, te banaliseren)
- de vrouw aanzetten om via bepaalde oefeningen haar (bekkenbodem)spieren te leren beheersen.
In het geval van vaginisme als een vorm van fobie moet de vrouw leren "zich de penis van de man toe te eigenen", terwijl ze bij fusioneel vaginisme "problemen met haar moeder" moet regelen. Dergelijke situaties vergen een werk van lange adem.
Philippine Campener