Het beste hotel van Griekenland?

De Griekse hotelsector heeft het laatste decennium een serieuze inhaalbeweging gemaakt. Een van de mooiste voorbeelden van die opwaardering is hotel Grotta op het prachtige eiland Naxos. Toevallig gevonden, hartelijk ontvangen en ons hart verloren aan het ontbijt.


Dat ontbijt is op zich al een uitzonderlijke ervaring in Griekenland. De meeste Grieken ontbijten niét en de meeste kleine hotels en pensions boden vroeger ook geen ochtendmaal aan, of hoogstens een stukje brood met confituur. Dimitri Lianos heeft begrepen dat zijn gasten de dag bij voorkeur beginnen met een stevig ontbijt en serveert in zijn charmante hotel Grotta iedere dag een keur aan lekkere cakes, vruchten, kazen, verschillende broodsoorten en thees, naast de gebruikelijke Griekse koffie natuurlijk. En dan naar het strand, de bergen in, hiken of biken, surfen of duiken, snoepen of shoppen, want dat kan allemaal op Naxos.

Hotel Grotta
ligt iets boven het centrum van Hora, of Naxos, zoals de hoofdstad van het gelijknamige eiland net zo vaak genoemd wordt. We kijken uit over een kleine baai met stenenstrand, en verderop de tempel van Apollo, twee zuilen op een rotspunt, de meest zichtbare getuige van een roemrijk verleden. De Griekse Cycladen waren ooit een druk bevolkt gebied, waar tot vandaag talloze archeologische vondsten gedaan worden. Vandaag is de bedrijvigheid op Naxos van een heel andere aard. Het zijn de toeristen die hier de dienst uitmaken, ook al lijkt dat niet ten koste te gaan van de ziel van het eiland.

Ja, op sommige plaatsen toch wel. Achter de stranden ten zuiden van Hora. Daar vind je de echte toeristische reservaten, all in resorts (weliswaar een stuk kleiner en opener dan de vakantiekampen in andere landen) omringd door bars, restaurants (Grieks, junk, pizza, taco...), motor- en autoverhuurbedrijven en 'minimarkets'. Goudgele zandstranden met stoelen en parasols binnen wandelafstand, geen doorgangsverkeer, altijd een verkwikkend windje, prachtig uitzicht: wat kan een mens meer wensen? Iets meer eigenheid toch, iets meer couleur locale.

Het labyrinth van Naxos

Daarvoor moet je in de oude binnenstad zijn. Goed, de vele winkeltjes en restaurants zouden zonder het toerisme ook niet bestaan maar die hebben zich prachtig ingenesteld in de wirwar van steegjes, pleintjes en straatjes. Het is alsof de stad ervoor gebouwd is, dat hier het perfecte Griekse decor werd neergeplant, maar je voelt de echtheid, het respect voor de oude, organische vorm van de wijk Bourgos, of juist het gebrek daaraan. Hier geen schreeuwerige neons of bonkende bars, wel de gezelligste terrassen en de origineelste cadeautjes. Juwelen, schoenen, kleren, streekproducten, hebbedingen: ze zien er op Naxos allemaal net iets mooier en aparter uit. Het kan geen toeval zijn dat hier ieder jaar een groot kunstenfestival wordt georganiseerd.

Het labyrinth van de Old Market oefent een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit maar veel mensen, en zeker de Grieken, flaneren even graag over de Protopapadaki, langs de havenkant. Minder gezellig en pittoresk maar even authentiek (en zeker eigentijds) Grieks.

Het stadje is gebouwd rond een gerestaureerd Kastro (kasteel), dat vandaag deels dienst doet als hotel en als museum. Er staat ook een katholieke kerk op de heuvel, een overblijfsel van de Venetiaanse periode. Na de middag, zo tussen 2 en 5, als de winkeltjes gesloten zijn, is het op de flanken van de rotsen heerlijk verdwalen in de uitlopers van Bourgos, alom opgefleurd met bougainvilea, wisteria, olijf- en vijgenbomen, en vele andere planten, bloemen en bomen. We stuiten er ook op enkele bijzonder bekoorlijke pensionnetjes. Zouden we er even gelukkig zijn als in Grotta?

Hotel Grotta heeft een jacuzzi. Niet groot (6x6 ongeveer), niet spectaculair bruisend en bubbelend maar wel gepast krachtig. Naast de jacuzzi staat ook nog een heetwaterbad en de douches zijn lekker ruim en privé. De meest gasten zijn op stap, na de middag hebben we het bad voor ons alleen. Voor alle duidelijkheid: dit is de tweede helft van september, naseizoen dus. In juli en augustus is het hier op Naxos naar onze normen ondraaglijk druk maar zelfs dan zitten de meeste mensen op het strand.

De mooiste stranden

Wij vinden de mooiste en rustigste stranden ver van de hoofdstad. Nu ja, ver. Zo groot is Naxos nu ook weer niet. Maar over de 35 kilometer naar Psili Ammos, aan de overkant van het eiland, doen we wel een paar uur. Eerst uitstappen in Halki, een klein dorp in het hart van de groene Tragaea, aan de voet van de berg Zeus. De 'historische waarde' uit de toeristische gids (Lonely Planet) lijkt lichtjes overtrokken. We zien wel een paar opmerkelijke torenhuizen maar we hebben Halki ook in een paar minuten gezien. Zij het zonder bezoek aan de plaatselijke linnenwinkel, de kunstzinnige olijfwinkel L'Olivier of de kitrondistileerderij, waar de overal tegenwoordige gifgroene likeur van Naxos wordt vervaardigd. Het zijn vaste afspraakplaatsen voor de toeristen, waarvan een groot deel in groep. Wij staan eerlijk gezegd meer buiten de groep.

We stoppen opnieuw in Apiranthos, een 'sfeervol' bergdorp van uitgeweken Kretenzers met een eigen dialect en persoonlijkheid, belooft Lonely Planet. We bestijgen een steile, brokkelige trap en verdwalen vervolgens prompt in de witte straatjes van Apiranthos, het ene al steiler dan het andere. Zou het dorp wel een centrum hebben? Zou je hier ergens iets kunnen eten, iets drinken nog maar? We komen niemand tegen, alleen een paar kinderen. Tot we plots toch voor een taverna staan, en nog een, en nog een. En kijk, daar zijn de drie kleine musea uit de gids. Natuurgeschiedenis, geologie en archeologie.

Bij Platanos zit niemand en het geheel overdekte terras biedt een prachtig uitzicht over de het machtige omliggende berglandschap, de grotendeels verlaten oostkust van Naxos en de diepblauwe Cycladische Zee. De wit gepleisterde muren zijn opgesmukt met foto's, wapens en gebruiksvoorwerpen van de laatste honderd jaar, nog een klein museum. We eten de lekkerste cheese pie (geitenkaas in bladerdeeg) van het jaar, Griekse sla (met bergkaas uit de streek in plaats van feta) en de beroemde worsten van Naxos.

Tot onze verbazing begint de waardin even later alle tafels te dekken. Brood, olie, en daar arriveren al de eerste mezze, warme en koude hapjes als tzatziki (yoghurt met kruiden en look), auberginesla (zonder mayonaise) en gefrituurde courgetteschijfjes. De eters laten niet op zich wachten. Een groep Duitse toeristen neemt bezit van Platanos. Tijd om op te stappen.

Een spectaculaire afdaling – prachtige vergezichten, vele haarspeldbochten – brengt ons naar Moutsouna Bay, en verderdoor langs de bijna verlaten kust naar Psili Ammos. Nudism is not allowed meldt een bord bij het begin van het kilometerslange zandstrand maar de eerste mensen die we zien, zijn naakt. Veel meer zonnebaders zijn er ook niet, hooguit een tiental, strategisch verspreid over het zand en tussen de bosjes, iedereen uit het zicht van de anderen. Dit zijn de plekjes die we zoeken, àls we dan al eens aan het strand willen zitten.

De zee wordt hier maar langzaam dieper. Je bent al een heel eind in het water voor je niet meer kunt staan. En je bent er helemaal alleen, ook hier blijven de badgasten hoffelijk ver uit elkaar. Je hoort niets (alleen de eeuwig ruisende zee), je ziet niets (alleen de vele tinten blauw van water en lucht). En na het zwemmen lekker drogen op strand, al dan niet in de schaduw van het groen. Psili Amnos is een topstrand.

De Tuin van het Paradijs

Op de terugweg houden we nog even halt in Kinidaros, een dorpje op de flanken van het Tragaea-gebergte. De mensen zitten buiten met elkaar te praten. Wij drinken een cola.

We rijden langs de indrukwekkende marmergroeve van Naxos, een berg die zowat voor de helft is weggehouwen, in merkwaardig lange stroken. Een paar kilometer verder, bij de oude marmergroeve, verlaten we de weg om de Kouros te bezoeken. Een kouros is een archetypisch gebeeldhouwde figuur zoals die gemaakt werden in de vroegste Griekse beschavingen, de voorlopers van de klassieke Griekse beeldhouwkunst. Sober, zonder franje, zonder details, maar wel krachtig en onverzettelijk. Kijk, daar ligt hij, vier, vijf meter lange, een been gebroken, waarschijnlijk om die reden achtergelaten.

De site ligt naast Paradise Garden, de Tuin van het Paradijs, en zo voelt de plaats ook een beetje. Er staan enkele stokoude olijven, hier en daar priemen kleine hyacinthen uit de rotsen naar boven. Mooi versmolten met de omgeving groeien er paprika's, courgetten, aubergines, bonen, komkommers en sla.

Adam en Eva zijn er ook. Voor de gammele deur van een vervallen hutje verkopen ze olijfolie, raki en honing, allemaal zelf gemaakt natuurlijk, in merkloze flessen en potten. We slaan een voorraadje in en verwonderen ons over de mystiek en natuurlijke intensiteit van dit kleine paradijs. Achterom kijkend zien we dat Adam en Eva alweer verdwenen zijn in het groen.

Die avond eten we bonensoep, zwaardvis en baklava toe in een bekend restaurant in het midden van de Old Market. Er zwerven wat poezen rond, zoals overal op zoek naar een hapje. Het décor beantwoordt in alle opzichten aan het toeristische ideaalbeeld van de Griekse cultuur, pittoresk en gezellig. Maar dat beeld wordt buiten de oude stad algauw verstoord, achter de nabij gelegen stranden. Het is maar wat de gasten verwachten natuurlijk.

Op onze laatste dag rijden we met de auto opnieuw naar Apiranthos, dit keer om er de noordelijke bergweg in te slaan. We passeren vele tientallen fietsers die de steile hellingen willen bedwingen, stuk voor stuk in strakke wielerpakjes gestoken. Zouden al die hijgende mannen en vrouwen, waaronder tal van vijftigers, zestigers en zelfs zeventigers, dit echt leuk vinden? Is dit hun idee van een rustige vakantie in het zuiden? Wat willen ze toch allemaal nog bewijzen op die leeftijd?

De Kouros van Naxos

Wij snorren rustig voorbij, richting Apollonas. Daar ligt nog een kouros, de grootste van de twee. Een smal pad vertrekt onmiddellijk aan de weg, de rotsen in. In eerste instantie zien we de figuur amper liggen, zo ruw en onafgewerkt is hij hier ooit achtergelaten. Ter plekke uit de steen gehouwen en nooit weggeraakt. Iets statischer nog dan de andere kouros, iets ouder misschien ook? In elk geval een stille getuige van een lang vervlogen tijdperk en alleen daarom al een kennismaking waard.

Op de terugweg naar Naxos houden we halt in de baai van Abram Beach, een paar kilometer van de toch al grotendeels verlaten hoofdweg. Een klein maar charmant en onbedorven strand, een paar al dan niet afgewerkte huisjes, veel groen en gewassen, en één taverna, Efthimios. Met een bijzonder terras aan de rand van het strand. De beeldhouwwerken van K. Rokkos zijn even monolithisch als de kourossen, uit één marmeren rotsblok gehouwen, maar wel een stuk fijner en fantasievoller, om niet te zeggen surrealistisch, Dali meets Picasso. Ze staan prachtig uitgestald op de witte muurtjes, de zee uitgestrekt achter zich. Het is de perfecte photo opportunity.

We eten vers gegrilde vis met een stoofpot van bonen. Het is wat mevrouw Efthimios vandaag in huis heeft, wat ze voor vandaag speciaal heeft klaargemaakt, en het is ook een van de lekkerste maaltijden die we op Naxos geserveerd krijgen.

Voor we vertrekken, schrijven we iets in het gastenboek van Grotta. 'Best hotel ever!' heeft een Amerikaan gisteren nog toegevoegd. Een Duitse gast gewaagt van het beste hotel van Griekenland. Wij hebben hier alleszins de beste kleine hotelier van het land leren kennen, toch van de plaatsen waar wij ooit verbleven hebben, en dat zijn er intussen behoorlijk wat. Dimitris, zijn lieftallige, altijd lachende en geïnteresseerde vrouw en zijn ouders runnen hier een heel mooie verblijfplaats, smaakvol ingericht, met voorzieningen die elders enkel tegen betaling geleverd worden of gewoon niet bestaan (het vorstelijke ontbijt, gratis internet via twee laptops, de jacuzzi...).

Maar we zijn natuurlijk niet de enigen die dat opmerken. In de maanden juli en augustus is

Hotel Grotta
haast permanent volzet, net als de rest van het eiland. Hou daar rekening mee als je dit mooie eiland, vol van natuurlijke, gastronomische en culturele rijkdommen, wil bezoeken. Nog beter: bel of mail Dimitri zelf. Zo hebben wij het ook gedaan, de avond voordien, vanop een ander eiland. Wie heeft er nog een reisbureau nodig?

Karel Michiels

Info Naxos









© Vivat.be 2020