Autorijden bij sneeuw

Belgen zijn niet gewend aan sneeuw, en worden verrast door de kleinste sneeuwvlok. Om nog te zwijgen over sneeuwstormen of sneeuw in de ‘echte’ bergen. Enkele tips om te voorkomen dat een ritje in witte landschappen uitdraait op een echte hel! 


Vergeet vooraleer u een lange reis door sneeuw en kou aanvat alvast niet om uw voertuig te laten controleren. Vertel uw monteur dat er een confrontatie met sneeuw inzit, dan zal hij de vloeistoffen en de banden vervangen zodat ze lage temperaturen kunnen doorstaan.  

Controleer ook de contracten van uw reisbijstandsverzekering, en vergeet het telefoonnummer van de verzekeringsmaatschappij niet. 

Banden

Winterbanden of sneeuwbanden zijn sterk aan te bevelen ... in de winter.  Kijk maar naar de mensen in de Ardennen, hoe vlot die van banden verwisselen als er koud weer aankomt.

Deze banden zijn meestal noodzakelijk en zelfs verplicht als je naar de wintersportoorden wil. Ze zijn ontworpen om grip te krijgen op de sneeuw en de sneeuw gaat er niet aan vastkleven. 

Wanneer de temperatuur lager is dan 7 °C, beginnen standaardbanden hun elasticiteit te verliezen. De tractie vermindert. Winterbanden behouden hun elasticiteit bij temperaturen ver onder nul. 

Brede high-performance-banden zijn niet geschikt voor het rijden op besneeuwde wegen, tenzij ze daar specifiek voor ontworpen zijn. 

Als een band verslijt, vermindert de tractie. Het is dus af te raden in de sneeuw te rijden met banden die versleten zijn. 

Om op sneeuw te rijden, moet de bandenspanning beantwoorden aan de voorschriften van de  fabrikant. 

Sneeuwbanden mag u niet verwarren met spijkerbanden. Deze zijn ontworpen om op ijs te rijden, in de sneeuw zijn ze volstrekt overbodig. Het is overigens ten strengste verboden om met spijkerbanden te rijden bij weinig of geen sneeuw.

Kettingen

Het type kettingen hangt van het voertuig af. Is het:

voorwielaandrijving 

achterwielaandrijving 

4x4

Kettingen moeten worden geïnstalleerd op de aangedreven wielen van uw voertuig.

Op autosnelwegen zijn ze niet toegelaten. Op sneeuw rijden ze aan niet meer dan 30 km/u. In de bergen kan de politie het gebruik ervan verplichten voor ze u toegang tot de skistations geeft. 

In sommige gevallen kunnen kettingen zelfs verplicht zijn wanneer u reeds met sneeuwbanden rijdt. Daarom is het raadzaam om kettingen aan te schaffen voor uw vertrek. Ze zijn dan goedkoper dan in een benzinestation onderweg. Bovendien hebben sommige auto’s minder courante formaten nodig, die misschien onderweg niet eens verkrijgbaar zijn. 

Het rijgedrag

Het geheim van veilig rijden op sneeuw en gladde wegen is voorzichtigheid, zachtheid, flexibiliteit en anticipatie. Dus geen plotse stuurbewegingen, versnelling, koppeling, rem!

De remtijd op gladde wegen is veel langer. Het is daarom noodzakelijk dat u uw snelheid danig mindert en de afstand tot uw voorganger groter maakt, dat u de blik continu op de weg houdt en voortdurend anticipeert. Bij sneeuw is het vanzelfsprekend niet verboden te remmen, maar het remmen moet geleidelijk gebeuren, aangepast aan de grip die de wagen heeft op het wegdek.  

Bij sneeuw is het beter om te vertrekken in de tweede versnelling, waarbij u zo weinig mogelijk gas geeft zodat de wielen niet slippen. 

Als de wielen blokkeren bij het remmen, wordt de auto oncontroleerbaar. Door pompend te remmen, houdt u controle over uw voertuig. Deze techniek mag echter niet gebruikt worden wanneer uw auto uitgerust is met een ABS-remsysteem, aangezien dit juist ontworpen is om blokkeren van de wielen bij het remmen te vermijden en u er een permanente controle over uw wagen mee heeft. U hoeft dus niet te ontkoppelen op sneeuw. 

Een wagen met voorwieltractie reageert veel beter op een beijzelde weg dan een auto met achterwieltractie. Aangezien het gewicht van de motor boven op de aangedreven en sturende as rust, heeft het voertuig een veel betere grip op de weg. 

Een goeie tip is: luister naar de verkeersinformatie op de lokale nieuwsstations. Stippel nauwkeurig uw reisroute uit voor uw vertrek, plan op voorhand haltes in en check de weersverwachting.

Parkeren

Wanneer u uw auto buiten parkeert, zet dan de ruitenwissers in een dusdanige positie dat ze niet kunnen breken door sneeuw of ijs. 

Om bevroren sloten en dichtingen te vermijden, moet u ze vooraf insmeren met siliconenolie. Neem een spuitbus met antivries voor de sloten mee als u uit de wagen stapt. Wanneer uw auto geblokkeerd staat, moet u duwen met een schommelbeweging zodat hij uit de sporen wegraakt. Bij het parkeren van een voertuig in de bergen, zet je de handrem best niet op. Zet de auto gewoon in versnelling. 

Wanneer u onderweg vastzit

Als u reist op besneeuwde wegen, kunt u best altijd iets te eten, te drinken en wat dekens bij u hebben voor het geval u komt vast te zitten. Zorg ook voor voldoende brandstof, zodat u niet in panne valt wanneer u de verwarming moet gebruiken bij stilstaan. 

Philippe Allard









© Vivat.be 2020