De vervouwelijking van onze maatschappij
Steeds meer mannelijke artiesten maken zich opzichtig op. Het gaat niet om homoseksuele mannen of travestieten, maar om ruige rockers à la Marilyn Manson en Tommy Lee (de seksverslaafde ex van Pamela Anderson) én vrouwenidolen zoals Johnny Depp en Zac Efron. Waarom doen ze dit? Voelen ze zich bedreigd door hun vrouwelijke concurrenten? En hoe komt het dat ze op die manier toch nog wel aantrekkelijk blijken te zijn voor vrouwen?
De oer-mannelijkheid draait om de beschermrol en heeft dus alles te maken met fysieke kracht en wendbaarheid, strategie en heldhaftigheid. Met de komst van de landbouw werden de vrijgevochten oermannen in een veel te klein gezinsverband “gevangen” gezet op de boerderij. Plots moesten zij gaan werken voor hun bestaan. Dat gebeurde zo’n goeie 5000 jaar geleden. Niet toevallig werden in die tijd ook de eerste rollen van het oude testament op schrift gezet. In de bijbel werd dit bruuske fenomeen van overgang van rondtrekkende plunderaar naar neergestreken landbouwer vertaald als de mannelijke erfzonde. Na verdreven te zijn uit het aardse paradijs moest de man “zijn voedsel in het zweet des aanschijs vergaren”, en de vrouw haar kinderen baren in pijn.
Vrouwelijke oerdrift
Als ze zichzelf succesvol wou voortplanten, deed de oervrouw dat best door haar genen te koppelen aan die van een succesvolle man. Voor de oer-vrouw was het dus erg belangrijk dat ze de genetisch best mogelijke vader voor haar kinderen kon overtuigen om haar te bevruchten. En rond de beste mannen heerste er onder de vrouwen een erg concurrentiële sfeer. Uit genonderzoek blijkt namelijk dat we in onze menselijke voorgeschiedenis veel meer moeders hebben gehad dan vaders. Dit wil alleen maar zeggen dat de natuur ons heeft ontworpen door de meerderheid van de succesvolle paringen over te laten aan een kleine minderheid van de mannen. Met andere woorden: succesvolle mannetjes bezwangerden relatief vele vrouwtjes. Het blijft een open vraag hoe het seksleven van de minder succesvolle mannetjes eruit zag. Waren ze monogaam, homofiel of gewoon a-seksueel?
Aantrekkelijkheid
Vrouwelijke aantrekkelijkheid wordt bepaald door jeugd, fysieke schoonheid en sociale vaardigheid, in die volgorde van belangrijkheid. Succesvolle vrouwen specialiseerden zich in het verleiden van de best mogelijke man op allerlei mogelijke manieren, en dat vooral op dat moment dat ze vruchtbaar waren en een kinderwens hadden.
Vrouwen aan de ketting
In de oertijd kreeg de gemiddelde vrouwen slechts een 3-tal kinderen. Ze wist zich beschermd door het collectief van alle mannen in de stam. Dat veranderde drastisch in de landbouwtijd, toen de man verondersteld werd haar trouw te blijven omwille van de bezittingen die voortvloeiden uit zijn noeste arbeid. Verplichte, levenslange monogamie werd het lapmiddeltje tegen de constante (vrouwelijke) angst ten gevolge van het wegvallen van mannelijke bescherming. De vrouw werd een bezit van de man. Haar kinderen vormden extra handen op de boerderij, dus een bijkopmende bron van relatieve weelde, waar dan weer status mee gekocht worden door papa.
De bijbelse erfzonde dat “de vrouw die haar kinderen zal baren in pijn” krijgt plots een erg levendige betekenis als we bedenken dat in de nederzettingstijd de vrouwen zich moesten voortplanten tot ze er - vaak letterlijk in het kraambed - bij neervielen. Bij moederlijk overlijden werden ze heel snel vervangen. Gezinnen van ergens tussen de 10 en 20 opeenvolgende kinderen op één boerderij waren meer regel dan uitzondering. Epidemieën, ziekte en armoede zorgden voor een uitdunning van minstens de helft van die kinderen voor ze volwassen werden.
Godsdienst en Economie
De nederzettingen leidden tot steden, toenemende grootschaligheid en georganiseerde godsdienst. De fundamentele biogrammatische verschillen tussen man en vrouw hadden al vlug de ontwikkeling van godsdienstig dogma tot gevolg. In het Midden-Oosten bijvoorbeeld waar - omwille van waterschaarste – veel geweld nodig was om te overleven, werd de mannelijkheid gecultiveerd. In wat later de Islam is geworden werden de vrouwen beknot in hun vrijheid ten voordele van mannen. In het meer gesofisticeerde westen volgden onze pausen dan weer een heel andere strategie. Zij waren namelijk afhankelijk van grote legers voor hun belastingsinningen, plunderingen en grensconflicten. Voor die legers hadden ze heel veel jonge soldaten nodig. Die recruteerden ze door naar moeders gratie te dingen. Ze gingen de vrouwelijkheid vereren in moeder Maria, de levenslange monogamie en de sociale voorzieningen. Bij de Islam betekent luiheid honger. In het westen lokt honger daarentegen vrouwelijk medelijden uit en wekt het maatschappelijke steun. Mutualiteiten, vakbonden, uitkeringen, socialistische ideologie en de torenhoge belastingen om het buitensporige gelag te financieren zijn zo allemaal rechtstreeks voortgevloeid uit de Christelijke moraal. Het is dus geen wonder dat het Christelijke westen nu economisch het loodje moet leggen tegen de Oosterse moraal, waar een meer evenwichtige verdeling tussen de mannelijkheid en de vrouwelijkheid aan de basis van de samenleving ligt.
Beschaafde vrouwelijkheid
Het is typisch voor beschavingen om op hun hoogtepunt zo gesofisticeerd te worden dat ze in toenemende mate de vrouwelijkheid cultiveren op alle gebied. Medelijden vervangt gestrengheid, kunstzinnigheid de discipline en onmiddelijke troost de langetermijnstrategie. In het oude Rome werd het verval al op het hoogtepunt van haar beschaving aangekondigd. De toenmalige filosofen gaven de hoop voor het Rijk op “nu de moestuinen in Rozenperken waren veranderd en de mannen hun haar en baard scheerden en zich wentelden in parfum en zijden gewaden”.
In een dergelijk buitensporig vervrouwelijkte wereld wordt de mannelijkheid al van jongs af aan gefnuikt. Vechten mag niet meer, stoere taal is strafbaar en vredelievende boodschappen de regel.
Ons vergaat het niet anders: de dolle mina’s zorgden -niet voor niets op het hoogtepunt van onze westerse conjuctuur- voor de zogenaamde emancipatie. Vrouwen moeten nu zelf uit huis gaan werken om te eten. Naar hun kinderen kunnen ze fluiten door kinderloosheid of de crèche. Met haar zuurverdiende geld geeft mama het huishouden uit aan een poetsvrouw in het goede vertrouwen dat die haar part-time huisman niet bespringt tussen twee bedverschoningen in. Verwijfde mannen zijn de enige overblijvende strohalm voor de vrouwelijke drift naar monogamie. Als dit het toppunt der beschaving is, zullen we dan maar met zijn allen de onvermijdelijke ondergang omhelzen?
Jeff Hoeyberghs