De waarheid over stigmata

Kruisigingen, massaslachtingen, gruwelijke foltertuigen: de geschiedenis van het christendom is doordrongen van bloed en doodslag. Om nog maar te zwijgen van de stigmata die sommige heiligen zouden vertoond hebben.


 

 

In het gezegende jaar onzes Heren 1868 begon Louise Lateau te bloeden. Geboren en getogen in het Waalse dorpje Bois-d’Haine was ze een paar maanden eerder toegetreden tot de lekenorde van Sint-Franciscus, het logische gevolg van haar intense bekommernis om het lot van zieken en armen. Ze voelde zich zelfs niet te beroerd om in 1866 de lijken op te ruimen van de grote cholera-epidemie die toen door onze streken waarde en zou zich haar hele verdere leven inzetten om het lijden van sukkelaars en gebrekkigen te verlichten.

Louise Lateau was achttien jaar toen er plots bloed uit haar handen kwam, en uit haar voeten, en uit haar zij. Vrome christenen wisten meteen wat er aan de hand was: Louise vertoonde stigmata, volgens het Theologisch Woordenboek ‘zichtbare huidverkleuringen of –veranderingen, wonden of bloedingen, die in gelijkenis met de bekende of althans veronderstelde lijdenstekenen van Christus (hart – of zijdewonde, handen- en voetwonden, doornenkroon, geseling, striemen van boeien, schouderwonde van de kruisbalk) en in aansluiting bij of beleving van de lijdensgeheimen, in het lichaam van al dan niet godvruchtige personen of heiligen optreden.’
In de meer fundamentalistische christelijke kerken neemt die ‘beleving van de lijdensgeheimen’ een centrale plaats in. Alleen wie, in opperste religieuze extase, doordringt tot de kern van het lijden en zo tot de ziel van Jezus Christus, kan gestigmatiseerd worden.

Louise Lateau at, dronk of sliep bijna nooit en zat hele nachten ‘in extase’ te bidden. Tot haar dood in 1883 (op 33-jarige leeftijd, net als haar grote idool dus) werden de stigmata iedere vrijdag zichtbaar. Tientallen dokters en prelaten kwamen het fenomeen aanschouwen, Louise werd grondig onderzocht, maar een wetenschappelijke verklaring bleef uit, vijftien jaar lang. Op 23 april 1873 verklaarde paus Leo XIII officieel dat zich in Bois-d’Haine een wonder had voorgedaan. ‘Geneeskundigen zullen dit feit nooit kunnen ophelderen.’

Louise Lateau is een van 321 gestigmatiseerden die sinds de Middeleeuwen ‘officieel’ geregistreerd zijn, waaronder een twintigtal Belgen en 62 heiligen en zaligen. Hoofdzakelijk vrouwen (281) hoewel de eerste uitverkorene een man was, Franciscus van Assisi, de man die met de vogeltjes kon praten. Hij werd getroffen in 1224, twee jaar nadat het Concilie van Oxford stigmatisering gedefinieerd had. Er zijn maar weinig christelijke figuren die zichzelf zo sterk gepijnigd hebben als Franciscus, tot uithongering en waanzin toe, allemaal om toch maar in de voetsporen van Christus te kunnen treden, om toch maar dat onnoemelijke lijden te kunnen ervaren.

Dat primitieve, bloederige (maar zonder twijfel waarheidsgetrouwe) gezicht van het christendom blijkt took in de smaak te vallen van orthodoxe moslims. Als JC niet zo zou afzien, zouden hem in de hemel niet de 72 beloofde maagden wachten, en doen we het daar niet voor? Jezus wordt in de Koran beschouwd als de op een na laatste grote profeet uit de geschiedenis, en dan moet je niet komen aanzetten met softe verhalen over wonderlijke genezingen. This is the real stuff, Jezus bedekt met bloed, dodelijk gewond, in verschrikkelijke pijn. Het perfecte rolmodel voor kandidaat-zelfmoordenaars.

HYSTERISCHE VROUWEN

We weten intussen dat paus Leo XIII dwaalde. De wetenschap heeft wel degelijk een verklaring gevonden voor de stigmata. Louise Lateau en haar lotgenoten hadden een ‘kruisigingcomplex’, met als belangrijkste symptoom een overdreven ‘navolgingidentificatie op basis van autosuggestie.’ Zoals sommige wanhopige vrouwen een schijnzwangerschap kunnen krijgen, zo zouden sommige ‘hysterische’ mensen bij zichzelf daadwerkelijk open wonden kunnen oproepen. En enige hysterie is het christendom sinds de Middeleeuwen niet vreemd geweest, sinds Franciscus en zijn volgelingen voor het eerst de nadruk legden op een extreem individuele lijdensbeleving. Dat het gros van de gestigmatiseerden vrouwen waren, zal trouwens ook wel geen toeval zijn. Nog opvallender is dat de plaats en de intensiteit van de stigmata veelal bepaald werden door de Christusafbeeldingen waarmee de gestigmatiseerden het meest vertrouwd waren. Misschien zouden ze vandaag wel op Woody Harrelson of Courtney Love willen lijken, die zich in de jaren ’90 beiden ‘gekruisigd’ hebben laten fotograferen. (Karel Michiels)









© Vivat.be 2020