Over spoken, demonen en waterduivels
De Vlaamse volksverhalen zitten in de verdrukking. Eeuwenlang mondeling doorverteld, van generatie op generatie, dreigen ze vergeten te worden, bedolven onder de visuele sprookjes van cinema en televisie. Gelukkig heeft het Seminarie voor Volkskunde van de KU Leuven nog oog voor dit culturele erfgoed en staat er sinds kort zelfs een heuse Verhalenbank on-line.
Spoken, tovenaars, heksen, duivels, zwarte katten, weerwolven: je vindt er wel meer informatie over op internet, vaak op heel bizarre sites, maar alleen in onze eigen Vlaamse volksverhalen komen al die wezens ons zo vertrouwd voor. Het zijn de sagen (van het Duits ‘was gesagt wird’, wat verteld wordt dus, en door de eeuwen heen nooit systematisch op papier is gezet) die onze eigen ouders en grootouders nog gehoord hebben. Professor Stefaan Top en zijn Seminarie voor Volkskunde hebben op dit moment al ruim 70.000 verhalen geïnventariseerd, en daarvan staan er sinds kort 10.000 on-line, het grootste deel opgetekend in Limburg.
Zoals dat een universitaire studiegroep betaamt, hanteren Tops en co heel duidelijke normen en criteria om de sagen te typeren. Demonensagen gaan over watergeesten (waterduivels), aardgeesten (dwergen kabouters, alvermannen), vuurgeesten (ook dwaallichtjes), luchtgeesten (witte juffrouwen, levende doden…), plaaggeesten (Kludde, Lange Wapper…) of weerwolven. In de toversagen ontmoeten we heksen en tovenaars. Sagen-legenden zijn niet hetzelfde als ‘gewone’ legenden. Of hoe volkscultuur ook heel spannend en angstaanjagend kan zijn.
De Vlaamse Volksverhalenbank laat zoekacties toe op trefwoord, thema, jaar en regio. Er is ook informatie beschikbaar over de vertellers, vaak al lang overleden maar op deze manier toch een beetje vereeuwigd als behoeders van een patrimonium.