Lekker proeven op het Voedingssalon

Op de Heizel in Brussel vindt weer het Voedingssalon plaats, na al die jaren uitgegroeid tot een echte klassieker onder de beurzen. Onze redacteur haalt herinneringen op.

 


Mijn ouders hadden een winkel geopend aan de rand van een nieuwe wijk. Een wijk, en geen buurt. Buurten, dat waren volksbuurten. Het Kiel, het Zuid, de Seefhoek. Wijken waren nieuw. Nieuwe huizen, nieuwe straten, nieuwe mensen. Nieuwe namen ook: Hof van Tichelen. Was vroeger de naam van een kasteeldomein maar dat wisten wij toen nog niet. Hof van Tichelen klonk ons zelfs frisser en moderner in de oren dan die andere (zoals ik later leerde jongere) namen. En dat soort nieuwe wijken had dus ook een nieuw soort kruideniers. Wij hadden grote, glanzende diepvrieskasten en koeltogen. Een breed aanbod bijzondere bieren en alcoholische dranken. Fijne vleeswaren, salades en delicatessen. Zelfgemaakte cake en soep. En, voor ons kinderen het walhalla, een immense snoepafdeling.

Ik heb nooit anders geweten dan dat ik mocht proeven in de winkel, zeker als er weer eens een reiziger over de vloer kwam. ‘Reiziger’ zoals in handelsreiziger, maar ook dat wist ik toen nog niet. Ik zag in zo’n reiziger ook helemaal geen Willy Loman, het trieste hoofdpersonage in ‘De dood van een handelsreiziger’. Voor mij waren het mannen die de hele dag ‘op de baan’ zaten en met kruideniers gingen keuvelen. In hun op maat gemaakte en van compartimentjes voorziene koffers zaten stalen van alle artikelen die ze kwamen aanbieden. Eens proeven, Karel? Ze hadden ook foto’s bij van producten die op komst waren, de allernieuwste lekkernijen die nog niemand geproefd had maar die je al wel kon bestellen. Het was een tijd waarin er voortdurend nieuwe koopwaren op de markt kwamen, de golden sixties in het echt, en ik vond dat ook normaal. Ik dacht dat die overvloed bij het leven hoorde. Veel mensen denken dat vandaag nog.

De jaarlijkse hoogmis der proeverijen was het Voedingssalon in Brussel, in mijn herinnering enkel overtroffen door de twee bekerfinales die Beerschot in mijn vroege jeugd op dezelfde locatie gespeeld heeft. Goed, het stonk in de Eeuwfeestpaleizen naar hamburgers, hot dogs en frieten vermengd met sigaretten (iedereen rookte toen nog, ook in publieke ruimtes). En sommige bezoekers gedroegen zich wel heel opdringerig in hun drang om zo veel mogelijk hapjes binnen te schrokken. Maar al die nieuwe smaken! Al die ter plaatse bereide culinaire hoogstandjes, hetzij om de kwaliteiten van een nieuwe keukenrobot te demonstreren dan wel van een nieuw voedingsproduct. Ik vond dat mijn ouders het allemaal in huis moesten halen, als het niet voor de winkel was, dan toch voor eigen gebruik. Deden ze meestal niet en precies daarom heeft het Voedingssalon voor mij altijd een magisch randje gehouden.

Tegenwoordig wordt er op het Salon veel meer aangeboden dan drank, voedingswaren en keukengerei. Toch nog eens gaan kijken misschien. Wie weet waar ik straks mee thuis kom.

Voedingssalon van 8 tot 23 oktober, Eeuwfeestpaleizen Brussel









© Vivat.be 2020