Batibouw 2008

Een huis dat zichzelf verwarmt? Bouwen met strobalen? Het klinkt utopisch maar steeds meer mensen willen anders gaan bouwen en wonen. Gezonder, socialer, milieubewuster. Dat beseffen ze nu ook op Batibouw, de jaarlijkse hoogmis van de bouwende Belg.


Er was een tijd dat iedere Vlaming droomde van een villa of een fermette ‘op den buiten’. Levensruimte hadden we nodig, en privacy. Het milieu interesseerde ons nog niet, de commune was onleefbaar gebleken. Vandaag hebben we de mond vol van duurzaamheid en menselijk contact, en die trend zet zich door in nieuwe woonvormen en bouwtechnieken, ook en vooral in de steden.

“Vroeger werd eco-biologische architecten wel eens verweten dat ze dure villa’s bouwden voor rijke mensen op het platteland,” zegt Peter Thoelen van het Vlaams Instituut voor

Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen (VIBE)
. “Die kritiek was terecht, ook al omdat die mensen vaak twee auto’s nodig hadden om zich te verplaatsen. In een brochure die we geschreven hebben voor de Duurzaamheidscellen van de Vlaamse overheid stellen we de mensen die bio-ecologisch willen bouwen heel pertinente vragen. Waarom nieuwbouw als renovatie ook zou kunnen? Waarom op het platteland gaan wonen als het hele gezin iedere dag in de stad moet zijn? Die voorafgaande keuzes hebben op zich al een diepgaande invloed op de milieu-impact van het wonen.”

Bio-ecologisch bouwen, dat is “gezond en milieuvriendelijk bouwen op het vlak van water, energie, materialen en ruimtegebruik”, zoals Thoelen het definieert. Het volstaat niet om goed te isoleren en zonnepanelen te plaatsen, laat staan om gerecycleerd materiaal te gebruiken, zoals de industrie ons wil doen geloven.

Thoelen: “Welke materialen worden op een ecologisch verantwoorde manier geproduceerd? Is er sprake van uitputting van de grondstoffen? Welke energie wordt er gebruikt? Komen er bij de productie schadelijke emissiestoffen vrij? De industrie biedt ons soms bouwmaterialen aan die vervaardigd zijn uit afvalstoffen en net daardoor ongezond blijken te zijn. De zogenaamde slipsteen bestaat voor 50% uit klei en voor 50% uit ruimingslib van Het Schijn. Dat slib zit vol zware metalen maar die stenen komen wel terecht in woningen. Niet echt een voorbeeld van verantwoorde recyclage lijkt mij.”

Is bio-ecologisch bouwen niet onredelijk duur en dus nog altijd het voorrecht van onze welgestelde medemens?

Thoelen: “Natuurverf kost niet meer dan zogenaamde kwaliteitsverf. Sommige eco-biologische isolatiematerialen zijn wel duurder maar dat komt voor een stuk omdat de milieukost in de synthetische varianten niet wordt meegerekend. De vrij dure houtvezelplaten die wij gebruiken als onderdakisolatie kunnen ook heel makkelijk geïnstalleerd worden, zonder lijm. De factuur van de aannemer is nauwelijks hoger omdat hij minder werkuren moet aanrekenen dan wanneer hij Duplexplaten zou gebruiken. In het algemeen is de markt uiteraard nog vrij klein. Naarmate de vraag stijgt, zullen de prijzen hopelijk dalen."

"Maar je verdient ook veel geld terug. Je energiekosten dalen drastisch, het gebruik van regenwater en zonnepanelen levert mooie besparingen op… De extrakost voor een goede isolatie haal je er in een vijftal jaar uit. Zonnepanelen verdien je terug op een termijn van 15 tot 20 jaar. En die extra kosten maken toch maar een klein deel uit van de totale kostprijs van de woning. Als je een huis bouwt van 150.000 euro, spendeer je hooguit 5000 euro aan isolatiekosten. Een student aan de universiteit van Diepenbeek heeft berekend dat bio-ecologisch bouwen op de lange termijn altijd rendabel is, en dan hoef je nog geen rekening te houden met de maatschappelijke milieukost. Wie goed isoleert, ventileert en warmte recupereert, levert een belangrijke bijdrage aan de verwezenlijking van de Kyoto-normen. Veertig procent van ons energieverbruik is bestemd voor de verwarming van gebouwen en het Institut Wallon en het VITO (Vlaams Instituut voor Technisch Onderzoek) zijn onlangs tot de bevinding gekomen dat de bouwsector de meest vervuilende van alle industrietakken is, meer dan de autosector, meer dan de chemische industrie. We moeten ‘de bouw’ dus prioritair aanpakken als we Kyoto willen halen, ook het vervoer van bouwmaterialen. Op dit moment is blauwe hartssteen uit Azië goedkoper dan blauwe hartssteen uit Wallonië. Is daar een zware milieuramp aan de gang? Een sociale catastrofe misschien? Of beiden? Er loopt in elk geval iets fundamenteels mis. Die zware Aziatische steen, zo duur om te transporteren, is nog altijd goedkoper dan die van ons. Vandaar dat wij pleiten voor het gebruik van lokale materialen, omdat je die transportkost en het energieverbruik dan toch al gedeeltelijk uitschakelt.”

Je ziet ze niet maar ze zijn er wel: strolemen woningen in het midden van de stad. Stro en leem, dat zijn ook de materialen waaruit de meeste huizen in Bokrijk zijn opgetrokken en die we in de 20ste eeuw blijkbaar al te snel hebben afgeschreven.

Peter Thoelen: “Je kan net zo goed bio-ecologisch bouwen met bakstenen maar leem en stro zijn door onze sector weer opgevist. Niet dat we daar, zoals vroeger, paardendrek tussen duwen om de muur te verstevigen. We bouwen uiteraard met moderne technieken en we beginnen hoe dan ook van een stenen sokkel, om opkomend water te voorkomen. En nadien bepleisteren we die muur gewoon, zodat je het verschil niet ziet met ‘gewone’ huizen. De nieuwste trend is strobalenbouw. Zo zijn er al een tiental huizen in Vlaanderen, waaronder dat van (zanger) Stef Kamil Carlens. Nee, hij krijgt liever geen pottenkijkers over de vloer.”

Praktische informatie

Batibouw

VIBE









© Vivat.be 2020