Vlaamse koppels minder seksueel actief dan gedacht.

Enkele maanden geleden publiceerde de VUB de resultaten van een enquête naar de seksuele beleving bij Vlaamse koppels. Deze resultaten waren op zijn minst ophefmakend, want het gemiddelde Vlaamse koppel bleek veel minder actief op seksueel vlak dan eerdere onderzoeken door condoomfabrikanten concludeerden. De enquête van de VUB wees uit dat Vlaamse koppels slechts om de twee à drie weken seks hebben. De enquête die condoomfabrikanten lieten uitvoeren sprak van een gemiddelde van twee à drie keer per week. Een hemelsbreed verschil.


Er zijn op vlak van resultaten dus duidelijke verschillen tussen beide enquêtes en dit heeft verschillende oorzaken. De belangrijkste reden voor de verschillende resultaten ligt in het feit dat de fabrikanten een onderzoek lieten voeren waarbij specifiek gepeild werd naar de frequentie. Men wilde weten hoe vaak Vlaamse paren seks hebben. De VUB deed evenwel een onderzoek naar de tijdsbesteding van de Vlamingen. Hierbij werden meer dan 1500 mensen gevraagd een dagboek bij te houden, waarin ze in detail moesten opschrijven wat ze met hun tijd aanvingen. Verrassend genoeg verzeilde seks geheel naar de achtergrond. We stellen dus vast dat mensen blijkbaar niet altijd geneigd zijn naar waarheid te antwoorden op gerichte vragen over hun seksleven. Via een onrechtstreeks onderzoek komt immers een ander beeld naar voor. De taboes rond seks zijn de wereld nog niet uit. Vooral het machogedrag bij mannen, die sowieso graag opscheppen over hun seksuele escapades en prestaties, is er nog niet uit.

Een andere merkwaardige vaststelling was dat jongere koppels nog minder vaak vrijen als oudere koppels. De tijd die ingenomen wordt door werk, hobby's en vrienden heeft vooral bij jongere koppels een weerslag op hun liefdesleven. Tel daarbij nog de tol van stress en vermoeidheid en men komt tot de vaststelling dat een carrière blijkbaar niet zo gunstig is voor een boeiend seksleven.

We stellen ook vast dat de resultaten van een onderzoek door een onafhankelijke instelling (universiteit) in dit geval grondig verschillen van de resultaten van een onderzoek door een commerciële instelling (condoomfabrikant). De commerciële onderzoekers hebben dan ook geen onafhankelijke positie en er spelen bepaalde belangen een rol. Hiermee wil ik niet gezegd hebben dat de condoomfabrikant in dit geval de resultaten bewust in een bepaalde richting wilde sturen. Ik gaf al aan dat de verschillen vooral te wijten zijn aan de aanpak van de enquête, de gerichtheid van de vragen en het feit dat mensen vaak geneigd zijn de waarheid te verdraaien wanneer men hen rechtsreeks naar hun seksleven vraagt.

Waarom is onafhankelijk onderzoek zo belangrijk?

De overheid moet het onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek zoveel mogelijk stimuleren en financieel ondersteunen. Men moet er ten allen prijze op toezien dat de onafhankelijke positie van de universitaire instellingen gevrijwaard blijft. De universiteiten zijn immers bij uitstek de dragers van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek. Deze instellingen dienen over voldoende werkingsmiddelen te beschikken om hun onafhankelijkheid van het bedrijfsleven te garanderen. Dit lijkt vanzelfsprekend, maar men mag niet vergeten dat men in sommige bedrijfssectoren al langer een begerig oog laten vallen op de universitaire onderzoeksinstellingen.

De huidige toestand in de VS toont hoe het niet moet. In de Verenigde Staten zijn de grote multinationals al decennia bezig met de verovering van de onderwijswereld. Ze willen het onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek in een bepaalde richting sturen. Universiteiten sluiten er in ruil voor harde valuta samenwerkingsakkoorden af die de onafhankelijke positie van de universiteiten ondermijnen. Dit leidt tot misbruiken en de voorbeelden hiervan zijn legio.

Onderzoeken die de belangen kunnen schaden van een bedrijf, dat met de universiteit in kwestie een samenwerkingsakkoord heeft afgesloten, probeert men te dwarsbomen. De universiteit kiest in vele gevallen zelfs eieren voor zijn geld door de zijde van het bedrijf te kiezen en de onderzoeker onder druk te zetten om zijn onderzoek stop te zetten of zijn resultaten niet te publiceren. Onderzoekers die niet wilden zwichten verloren in enkele gevallen zelfs hun baan.
Vandaar dit pleidooi voor de volledige onafhankelijkheid van universitaire instellingen. We moeten verhinderen dat deze Amerikaanse toestanden overwaaien naar onze contreien.

Paul Willems









© Vivat.be 2020