Het Kasteel van Gaasbeek

In het Pajottenland, een streek die zich uitstrekt ten zuidwesten van Brussel, ligt op luttele afstand van onze hoofdstad de prachtige landelijke gemeente Gaasbeek, die sinds de fusies deel uitmaakt van Lennik. De streek is uitstekend geschikt voor wandelingen, die afgesloten kunnen worden met een kriek of geuze. De bekendste bezienswaardigheid is ongetwijfeld het befaamde Kasteel van Gaasbeek...
 


Voor we een blik werpen op het huidige Kasteel van Gaasbeek en de vele bezienswaardigheden in het kasteel, maar ook op het omliggende domein, willen we eerst even stilstaan bij de bewogen geschiedenis van het kasteel. Het kasteel veranderde in de loop der geschiedenis immers meermaals van uitzicht en kende een aantal beroemde eigenaars.
 

Geschiedenis van het Kasteel van Gaasbeek

De oudste (stenen) constructie van het kasteel werd gebouwd rond 1240 door Godfried van Leuven. Het kasteel diende toen als verdedigingswerk, een vooruitgeschoven post ter verdediging van Brussel. In 1388 namen de Brusselaars wraak voor de moord op de Brusselse schepen Everard de 'T Serclaes (deze man kreeg later een standbeeld in een uithoek van de Brusselse Grote Markt) door het Kasteel van Gaasbeek te bestormen. De Brusselse schepen was uit de weg geruimd omdat hij de gemeenterechten van Brussel had verdedigd tegen buitensporige eisen van de heren van Gaasbeek.

Nadat het kasteel met het bijhorende domein in het begin van de zestiende eeuw in handen was gekomen van de vooraanstaande familie van Hoorn veranderde het totaal van uitzicht. Vanaf het einde van de middeleeuwen en de opkomst van buskruit en kannonnen was er nog weinig militair nut aan een stevige vesting of burcht als verdedigingsmiddel. Kannonnen sloegen immers binnen de kortste keren een bres in de muren. De meeste kastelen verloren in deze periode in grote mate hun verdedigingsfunctie en men bouwde in de plaats prachtige woonkastelen (in renaissancestijl). Dit gebeurde ook in Gaasbeek. De familie van Hoorn liet op de grondvesten een schitterend bakstenen renaissancekasteel. In 1565 kwam het kasteel in bezit van graaf Lamoraal van Egmont, die drie jaar later op de Grote Markt van Brussel onthoofd werd, waarna zijn bezittingen en dus ook het Kasteel van Gaasbeek in beslag werden genomen. Op het einde van de 16de eeuw verzeilde het kasteel in de woelige periode van de godsdienstoorlogen tussen katholieken en protestanten en viel afwisselend in handen van de Spanjaarden en de Geuzen. In 1589 werd Filips van Egmond eigenaar van het kasteel, maar hij sneuvelde reeds het daaropvolgende jaar in de oorlog tegen de Franse koning Hendrik IV.
 


In het begin van de 17de eeuw werd René de Renesse de Warfusée eigenaar van het kasteel en liet het herstellen en verfraaien met o.m. prachtige tuinen en de aanleg van een kapel. Op het einde van de 17de eeuw liet een andere eigenaar, de belangrijke diplomaat Lodewijk-Alexander Schockaert, het intussen vervallen kasteel herbouwen om het aan de stijl van zijn tijd tegemoet te laten komen. Op het einde van de 17de eeuw ging het kasteel opnieuw door een moeilijke periode en werd meermaals belegerd en beschoten. In 1691 staken Franse troepen bijvoorbeeld de vier torens in brand. Nadat het kasteel in 1695 ter gelegenheid van een belegering van Brussel nog verder beschadigd werd besloot men het niet meer in zijn geheel te herbouwen. In deze periode verloor het kasteel zijn gesloten karakter en vandaar dat het kasteel nu nog steeds slechts een half vierkant beslaat met enkel een voorzijde en geen achterzijde.

Van 1796 tot 1923 was het domein vervolgens in handen van de vooraanstaande Italiaanse familie Arconati-Visconti, die in de loop der jaren op het kasteel heel wat Italiaanse personaliteiten onderdak verschafte. Het huidige romantische uitzicht kreeg het kasteel van Gaasbeek vooral tijdens de restauratie tussen 1887 en 1898 (o.l.v. architect Charles Albert). De laatste markiezin Marie Arconati-Visconti, schatrijke dochter van de vice-voorzitter van de Franse senaat Peyrat, leefde slechts twee maanden per jaar in Gaasbeek, maar liet het kasteel toch restaureren en het interieur verfraaien. Ze schonk het in 1921 aan de Belgische staat en na haar overlijden in 1923 werd het kasteel dus openbaar bezit. Reeds een jaar later werd het toegankelijk voor het publiek. Het meubilair van de markiezin en het archief van het kasteel bleven in Gaasbeek achter en maken sindsdien deel uit van het museum.
 

Het Kasteel van Gaasbeek als toeristische trekpleister

Sinds de schenking aan de Belgische staat fungeert het kasteel als een museum. Het kasteel met domein behoort nu tot de gemeente Lennik en is momenteel eigendom van de Vlaamse Gemeenschap. De hoofdingang ligt aan de Kasteelstraat in Gaasbeek-Lennik. Je wagen kan je achterlaten op de grote parking. Je moet eerst een stukje wandelen door het park van het kasteel alvorens je de monumentale ingang (19de eeuw) ziet opdoemen. Links van de toegangspoort liggen de overblijfselen van de oudste kasteelwallen (13de eeuw) en de Sint-Pieterstoren (verbouwd in de 16de eeuw). Rechts bevindt zich de Egmondtoren en verder naar achter de Lenniktoren. Eens je het kasteel door het poortgebouw binnentreedt kom je op de binnenplaats met prachtige Italiaanse binnentuin terecht.

In een gedeelte van het kasteel dat als museum fungeert kan men zich vergapen aan de prachtige kunstschatten. Er worden in 16 authentiek ingerichte kamers schitterende collecties kunst, wapens en meubelen (vooral uit de 16de en 17de eeuw) tentoongesteld. Er hangen onder meer schilderijen van Rubens en Antoon van Dijck en kostbare Doornikse en Brusselse wandtapijten. De meeste vertrekken zijn nog ongeveer zo ingericht als toen de markiezin Marie Arconati-Visconti er verbleef en bieden dus een blik (een soort tijdvenster) op de leefwereld van de adel in de 19de eeuw.

Jaarlijks krijgt het Kasteel van Gaasbeek trouwens heel wat bezoekers over de vloer, waarvan een gedeelte het kasteel zelfs links laat liggen (wegens al meermaals bezocht) om zich te concentreren op de pracht van het omliggende domein met parken, vijvers en een uitgestrekt bos. Het kasteel beschikt over een ontvangstcentrum voor bezoekers, ondergebracht in het voormalige kruithuis, waar je allerlei informatieve folders kan verkrijgen en onder meer een informatieve film kan bekijken. Het domein zelf strekt zich uit over ongeveer 49 ha, waarvan het grootste gedeelte uit bos bestaat. Dit bos telt heel wat eeuwenoude bomen en herbergt prachtige fauna en flora. Het bos wordt trouwens doorsneden door grote dreven en wandelpaden, die een bezoekje en wandeltocht mogelijk maken. Op het domein bevinden zich ook een aantal prachtige vijvers.

Naast het kasteel ligt de museumtuin, maar voor een bezoek hieraan moet je apart toegangsgeld betalen (meer info :

www.bruegelproject.be/museumtuin
). Verder beschikt het domein over een wijngaard (600 jaar oud), waar momenteel opnieuw druiven geteeld worden.

Op het domein van het kasteel bevinden zich daarnaast een aantal historische gebouwen. Zo is er de 17de-eeuwse Sint-Gertrudiskapel en een triomfboog uit het begin van de 19de eeuw, aangelegd door Markies Paul Arconati-Visconti.

Een bezoek aan het kasteel kan gecombineerd worden met een bezoek aan andere bezienswaardigheden in de streek, een uitgebreide streekwandeling (kastelenwandeling en vierdorpenwandeling) of een gastronomisch intermezzo. Gaasbeek ligt immers in de streek waar geuze en kriek gebrouwen wordt.
 

Praktische informatie

Kasteel van Gaasbeek
Kasteelstraat 40
1750 Lennik (Gaasbeek)
Tel: +32 02 531 01 30
Fax: +32 02 531 01 43

Meer info in de Toeristische infokantoren :

Toerisme Pajottenland & Zennevallei
Grote Markt 1 bus 1, 1500 Halle
Tel: +32 (0)2 356 42 59
Fax: +32 (0)2 361 33 50
e-mail:

pajottenlandzennevallei@toerismevlaanderen.be


Toerisme Vlaams-Brabant
Diestsesteenweg 52, 3010 Leuven
Tel: +32 (0)16 76 20
Fax: +32 (0)16 76 76
Website:
www.vlaams-brabant.be/toerisme

e-mail:
toerisme@vl-brabant.be


Bruegelproject
Website :
www.bruegelproject.be/gaasbeek



Paul Willems









© Vivat.be 2020