Saint-Malo, een stukje Bretoense geschiedenis

Na Parijs en het kasteel van Versailles is Saint-Malo één van de populairste Franse vakantiebestemmingen. Jaarlijks komen twee miljoen toeristen deze Bretoense parel bezoeken, om er de befaamde getijdenwerking te bewonderen en te genieten van de architecturale hoogstandjes van Vauban.


Er waren eens… drie grote namen uit de geschiedenis: Jacques Cartier, de ontdekker van Canada, Duguay-Trouin, soldaat en later beroemd admiraal, en Francois-René de Chateaubriand, politicus en gerenommeerd schrijver, auteur van Voyage en Amérique (Reis naar Amerika) en Mémoires d‘outre-tombe (Memoires uit het graf). Deze historische figuren, die leefden tussen de zestiende en de negentiende eeuw, hebben één ding gemeen: een kindertijd en een eeuwige heimat op de rotsen van Saint-Malo.

Nog een andere historische figuur liet tijdens zijn leven zijn verknochtheid aan Saint-Malo blijken. Toen maarschalk Vauban, de architect van Louis XIV (de Zonnekoning), de bergachtige Morvan inruilde voor de zilte zeelucht van het Normandische La Manche,  liet hij niet na zijn stempel op zeeroversstad Saint-Malo te drukken door de bestaande vestingen om te vormen tot een bijna oninneembaar bastion.

Het toneel en het publiek…

En zo werd het 48.000 zielen tellende handels- en plezierhaventje aan de Smaragdkust, tussen de Mont-Saint-Michel en Saint-Brieuc, doorheen de loop der tijden een "plaats van grote namen". Een plaats die, na 1944, identiek werd heropgebouwd, en die zijn charme dankt aan zijn vestingen, zijn steegjes en zijn stranden met de sterkste getijdenwerking van heel Europa. Een plaats die jaarlijks 2 miljoen bezoekers aantrekt…

Bepaalde nationaliteiten worden meer dan andere door het stadje aangetrokken: na Fransen komen er veel Engelsen, Belgen, Nederlanders en Duitsers. Trouwe toeristen die als een blok vielen voor Saint-Malo, zijn historisch patrimonium en de gerenommeerde culturele evenementen die er plaatsvinden. Zo is er op muzikaal gebied de "Route du rock", op literair vlak  "Etonnants voyageurs" en "Quai des bulles", of het vertrek van de vierjaarlijkse "Route du Rhum".

Intra’ tend les bras

Binnen de vestingmuren krioelt het van de stalletjes, pannekoekhuisjes, tweedehandswinkeltjes, hotelletjes en restaurantjes. Zo gebiedt het de traditie. En de gevels waarachter geen handel wordt gedreven, zijn op één hand te tellen. Van Bretoense vlaggen tot piratenkostuums over  krakelingen van Saint-Malo: de "kooplieden van de tempel" spreiden een keur aan lokale symbolen tentoon. Er aan weerstaan is moeilijk eens je het anker hier hebt uitgeworpen, hetzij om op zoek te gaan naar curiosa, hetzij om een terrasje te doen en een cidertje of  Kouign Aman (letterlijk: taartje met boter) te degusteren. 


 
Het vestingcircuit, 1.800 meter lang, is een must als je intra- of extra muros optimaal wil observeren. Het gebouw kwam tot stand tussen de twaalfde en het midden van de achttiende eeuw, en overleefde op miraculeuze wijze de bombardementen van de Tweede Wereldoorlog, in tegenstelling tot de rest van de stad. Je geniet er van een wandeling over een tiental poorten, en gaat voorbij de stranden van Môle, Bon Secours en Eventail. Bewonder het zicht op Dinard vanop de Tour Bidouane, en het Bastion de la Hollande. Op deze esplanade omzoomd met gazon staan kanonnen en standbeelden van soldaten uit Saint-Malo klaar om een voorbijvarend schip te enteren….

Van de donjon naar Grand Bé

Tenslotte de belangrijkste trekpleister van Saint-Malo: het Hertogelijk Paleis. Dit imposante gebouw bestaat uit een donjon van 35 meter hoog en vijf met mekaar verbonden torens. Het geheel moet een koets voorstellen met vier wielen, zoals Hertogin Anne Van Bretagne het in de zestiende eeuw graag zag. Het paleis bevindt zich tussen de Porte Saint-Thomas en de Porte Saint-Vincent, tegenover de superdrukke Place Chateaubriand. Tegenwoordig huizen er zowel  het etnografisch museum als het stadhuis. 

Winter en zomer gonst het van de wandelaars op de kasseien, van de Rue de la Soif tot de  Porte de Dinan, via de Rue Broussais, de Rampe de Moulin Colin en de place Gasnier Duparc. Elke goed geïnformeerde toerist bezoekt ook het Fort National en het eilandje Grand Bé, dat bereikbaar is bij laag water, en waar Chateaubriand begraven is. 


 
 

Na een weekend in de citadel moet je absoluut enkele dagen uittrekken om ook «groot Saint-Malo» te gaan verkennen. Via een ontdekkingstocht naar het oude Saint-Servan (Aleth), ofwel via kustwandelingen naar Paramé en Rothéneuf, dorpjes langs het prachtige strand van Sillon. Rijd om uw vakantie af te sluiten nog langs Cap Fréhel of langs de Mont Saint-Michel, twee andere wereldberoemde rotsformaties.

Praktische info

Office de Tourisme de Saint-Malo
Esplanade Saint-Vincent
Website:

www.saint-malo-tourisme.com

E-mail:
info@saint-malo-tourisme.com

Hoe kom je er?

Hoewel veel reizigers de auto verkiezen is er tegenwoordig een tgv-verbinding die je in 2 uur en 55 minuten van Parijs naar Saint-Malo brengt.

Louis-Cyril Tharaux









© Vivat.be 2020