Sinterklaas of Jan Decleir?

Zouden er nog kinderen zijn die in Sinterklaas geloven? En hoe jong moeten die dan wel niet zijn, als je weet dat je hen voor de rest nog maar amper iets kan wijsmaken? Zo’n peuter met een gsm die al op Internet surft en computerspelletjes speelt, zou je die nog kunnen wijsmaken dat Sinterklaas zijn spullen koopt bij Blokker of Bart Smit?


Sinterklaasliedjes

Sinterklaaspagina

In mijn herinnering stond er geen merknaam op het jaarlijkse Sinterklaasboekje. Op een ochtend stak het gewoon in de bus, een dikke brochure vol kleurenfoto’s van speelgoed. Het moet een paar weken voor 6 december geweest zijn, want ik had nog tijd om de door mij gewenste artikelen uit te knippen, op een papier te kleven en op te sturen. Als mijn moeder deed wat ze beloofde tenminste. Zelf ben ik mijn Sinterklaasbrief nooit in de bus gaan droppen.

Maar dat volstond niet om de Goedheiligman, zoals de Sint toen nog vaak genoemd werd, gunstig te stemmen. Je moest hem ook nog een bezoekje brengen in de GB op de Antwerpse Groenplaats (waarom moest ik dan eigenlijk een brief schrijven?), waar het steevast lang aanschuiven was om heel even op zijn schoot te mogen zitten.

Nare herinneringen heb ik daar geenszins aan overgehouden - als je sommige mensen mag geloven, denkt de Sint maar aan één ding - en het plaatje klopte ook helemaal. Sinterklaas zat niet in de GB voor hij gearriveerd was in Nederland. De intocht van de Sint was daar ieder jaar weer een televisiehoogtepunt, al was het maar omdat ze hier nog lang niet zo’n spontane televisie durfden te maken. En omdat de grote kindervriend daadwerkelijk maar één keer aankwam uit Spanje.

Dat hij tegenwoordig ook even aanlegt in België lijkt ons nog aannemelijk, GB heeft de intocht in Antwerpen jaar en dag zelf georganiseerd, maar intussen is de band met onze noorderburen helemaal doorgeknipt. Wat Sinterklaas in Nederland uitspookt, interesseert ons al lang niet meer. Het regionalisme gaat zelfs nog een stap verder: de Sint komt tegenwoordig ook aan in andere Vlaamse steden, en zit in zowat alle grote winkelcentra en speelgoeddiscounts. In Herentals vaart hij sinds enkele jaren het Kempens Kanaal op, niet met een stoomboot maar met zo’n miezerig aakje. De man blijkt ook plots een zwaar Kempens accent te hebben. En wat zou zijn gezelschap eigenlijk bezielen om aan te leggen in dat provinciestadje?

En zo wordt het almaar moeilijker om de mythe in stand te houden. Je moet je als ouder steeds vaker in bochten wringen om het verhaal te laten kloppen. De leugentjes worden ieder jaar talrijker, het aantal kinderen die ze nog geloven almaar kleiner. Straks staan we aan de kade met onze baby’s, omdat peuters en kleuters er gewoon geen zin meer in hebben en weten dat ze toch een hoop dure cadeaus zullen krijgen.

Maar dat wil de speelgoedindustrie natuurlijk allemaal niet geweten hebben. Een groot deel van de omzet staat of valt met Sinterklaas, dus de man mag nog lang niet met pensioen. Ook de ouders lijken zich niet te storen aan het toenemende zelfbedrog en blijven verklaringen verzinnen om de alomtegenwoordigheid van de Sint te verklaren. Hulpsinten, nachtelijke aankoopsessies in de grote warenhuizen, spreekt verschillende talen.

Zou dat al de eerste generatie ouders zijn die is opgegroeid met Bart Peeters en Jan Decleir, de beste Sinterklaas aller tijden? Mijn dochter had net de juiste leeftijd toen Dag Sinterklaas begin jaren '90 voor het eerst op televisie kwam, en als volwassene kon ik me best verzoenen met de verhaaltjes. Maar ik hoopte dan wel dat de Nederlandse of de Herentalse Sint geen roet in het eten zou strooien, of dat er zich een andere ongerijmdheid zou voordoen.

Zo is de eerste twijfel bij mijn dochter ontstaan toen ze een Sint zag met een bril op. Jan Decleir had die blijkbaar alleen nodig om te lezen, en zijn bril had ook meer klasse dan het lompe montuur van de plaatselijke Sinterklaas. Ik kon niet zo meteen een antwoord verzinnen en eigenlijk is het geloof in de Sint vanaf dan alleen maar verder afgebrokkeld. Op een dag kwam mijn dochter thuis en zei dat de Sint niet bestond. En vroeg waarom we haar al die tijd hadden belogen. Ik had me als vader nog zo voorgenomen om altijd de waarheid te vertellen tegen mijn kind.

Er is maar één oplossing voor dit dilemma, als je de hele boel niet radicaal wil afschaffen, natuurlijk. Waar ook wel iets voor te zeggen valt, nu de kerstman zich stilaan een even grote kindervriend toont als de Turkse heilige. Maar áls we Sinterklaas behouden, zou er eigenlijk maar één exemplaar mogen zijn. Laat Jan Decleir aankomen in Antwerpen en dan drie weken door het land toeren. Een utopische gedachte misschien - alle warenhuizen en speelgoedzaken zouden het spelletje moeten meespelen - maar zo maak je het de ouders wel een stuk gemakkelijker, en de Sint zelf wordt veel geloofwaardiger. Maar dat laatste zal de industrie of de grote discounts waarschijnlijk geen barst interesseren. Als zij hun omzet maar kunnen verhogen. Dank u, Sinterklaasje.

Karel Michiels









© Vivat.be 2020